In een samenleving die gedomineerd wordt door harde ‘mannelijke’ waarden, wordt het idee gewekt dat onze zachte, zorgzame kant onprofessioneel, zwak en minder belangrijk is. Waar blijft de waardering voor die mooie ‘vrouwelijke’ waarden? Het project Heldinnen van ’t Veen, van De Muze Community Art, schenkt aandacht aan tien gewone, maar toch heel bijzondere vrouwen, met elk hun eigen verhaal. In Museum Heerenveen hangen tot en met 24 november tien schitterende portretten van deze Heerenveense dames in De Pronkkeamer.
Het is alweer bijna twee jaar geleden dat De Muze Community Art werd opgericht door Marjolein Reurich, Mirjam Torenbeek en Marije Nutma. Ze ontmoetten elkaar op een informatieavond over het cultuurbeleid van de gemeente Heerenveen. Al snel bundelden ze hun krachten om een echte creatieve gemeenschap op te zetten in hun woonplaats. In de toekomst zouden ze graag een echte ontmoetingsplek creëren in Heerenveen. Een plek voor ontspanning, ontmoeting en inspiratie, waar creativiteit de verbindende factor is. Met z’n drieën zijn ze meer dan de som der delen. Wanneer ze samen zijn kunnen ze het niet helpen om nieuwe plannen te smeden, dan ontstaan er mooie dingen.
Eén van die mooie dingen is het project Heldinnen van ’t Veen, dat op dit moment afgesloten wordt met een prachtige tentoonstelling in Museum Heerenveen. Het project startte op 8 maart, Wereldvrouwendag. Vanaf dat moment konden Heerenveners hun Heldin nomineren. En dat hebben de initiatiefnemers geweten. Maar liefst honderd namen kwamen binnen. Hoe moeilijk ook, dat aantal moest nog teruggebracht worden tot tien. Na een intensieve beraadslaging selecteerde een onafhankelijke jury tien Heldinnen: Yvonne IJtsma, Esther Haveman, Simone Woudstra, Ingrid Struik, Hedy Nijhoff, Zahra Mousazadeh, Milou Bosscher, Coby van der Laan, Asema Ahmed en Anneke Tel-de Vos. Vijf heldinnen werden geschilderd door Mirjam Torenbeek en vijf gefotografeerd door Reiny Bourgonje. In de Heerenveense Courant worden elke week interviews geplaatst met de Heldinnen, aan de hand van het boek ‘In de voetsporen van de heldin’ van Edith de Wit.
Maak bijvoorbeeld kennis met Hedy Nijhoff. Vijftig jaar geleden verhuisde ze van Assen naar Heerenveen. Ze woonde tijdelijk bij haar schoonouders terwijl haar man op zee zat en kende niemand in de stad. Tot ze, hoogzwanger een rondje door de buurt makend, een jonge vrouw naar haar zag gebaren. Of ze een kopje koffie wilde drinken. Het was het begin van een hechte vriendschap. In de loop der jaren steunden ze elkaar door dik en dun, door mooie tijden en langs de zwarte bladzijden. Haar vriendin nomineerde haar voor de status van Heldin, precies op tijd om hun vijftigjarig jubileum te vieren. Hedy werd geschilderd door kunstenares (én initiatiefnemer van De Muze) Mirjam Torenbeek. Mirjam maakte verschillende foto’s om te gebruiken als inspiratiebron tijdens het schilderen. Voor Hedy was het uiteindelijke portret een verrassing: ze verwachtte een uitbundige houding, maar ze is ingetogen biddend afgebeeld. Met de handen voor de borst gevouwen is ze het toonbeeld van introspectie.
In de tweede zaal hangt een sprekend fotoportret van de hand van Reiny Bourgonje, van de 16-jarige Milou Bosscher, op het eerste gezicht een gewone tiener. Wanneer je haar ontmoet is direct duidelijk dat ze in in ieder geval één opzicht ‘anders’ is: ze zit in een rolstoel. Milou deed op hoog niveau aan trampolinespringen, tot ze een aantal jaar geleden verkeerd neerkwam. Ze landde op haar nek en brak haar nekwervels. Toen ze bijkwam uit de narcose vertelden artsen haar dat ze altijd verlamd zou blijven, van haar nek naar beneden. Ondanks de schok besloot Milou zich daar niet zomaar bij neer te leggen. Ze bleef optimistisch en sloeg aan het trainen. Door haar inzet kan ze nu haar armen gebruiken en heeft ze weer wat gevoel in de rest van haar lichaam. Voor buitenstaanders klinkt het verhaal van Milou wellicht direct heroïsch, maar Milou ziet het anders. Ze had weinig keus en móest wel verder met haar leven. Er schuilt een sterk karakter achter haar nuchtere houding. Het portret laat zien dat Milou zoveel meer is dan haar rolstoel.
Schuin tegenover Milou hangt het geschilderde portret van Yvonne Ijtsma, met in haar armen haar hondje Billy. Yvonne had het niet makkelijk als tiener. Ook al voelde ze zich niet anders dan anderen, toch hoorde ze er op school niet bij. Ze werd stevig gepest en dat laat zijn sporen na. Yvonne weet wat het waard is als je mensen om je heen hebt die je vertrouwt en waar je mee kan praten. Toen ze als twintiger ontdekte dat ze op vrouwen viel, besloot ze dan ook al snel dat er een ontmoetingsplek voor LHBT’ers in Heerenveen moest komen. Nu is het eindelijk zover, het eerste gaycafé van Heerenveen start op 12 oktober in jongerencentrum Casa. Vanaf dan zal het waarschijnlijk maandelijks en misschien zelfs tweewekelijks plaatsvinden. Maar het állerliefst zou Yvonne een vaste plek hebben in Heerenveen voor de doelgroep. Dat wordt het volgende project.
Op de tentoonstelling hangen portretten van nóg zeven sterke Heldinnen: Esther Haveman, Ingrid Struijk, Zahra Musazadeh, Coby van der Laan, Asema Ahmed, Simone Woudstra en Anne Tel-de Vos. De tien dames hebben allemaal een verhaal te vertellen: ze hebben moeilijkheden overwonnen in hun eigen leven, iets betekent voor een ander, of voor de gemeenschap. De een vluchtte als analfabeet recent vanuit Irak met haar gezin naar Nederland, leerde de Nederlandse taal en omarmt nu haar nieuwe leven (Asema Ahmed), de ander ving tientallen pleegkinderen op in haar eigen gezin (Esther Haveman), was jarenlang mantelzorger voor haar zieke moeder (Simone Woudstra) en weer een ander zette zelf een kinderdagverblijf, zorgboerderij, natuurtuin en dagopvang op (Anneke Tel-de Vos). Tien vrouwen, tien verhalen.
Met het project worden de vrouwen in het zonnetje gezet. Waarden die traditioneel als zwak worden bestempeld, blijken van enorme invloed te zijn op individuen en de samenleving als geheel. We kunnen immers niet zonder zorg, rust, intuïtie, inlevingsvermogen en verbinding. De expositie is een ode aan de kracht en invloed van de vrouw. Door vrouwen, over vrouwen, maar niet alleen vóór vrouwen. Al snel blijkt dat de verhalen niet ‘vrouwelijk’, maar diep menselijk zijn. Het is een ode aan zorgzaamheid, doorzettingsvermogen, compassie, persoonlijke overwinningen en vriendschap. Een ode aan de menselijkheid.