Maar liefst achttien internationale en acht lokale kunstenaars sloegen de handen ineen tijdens Fertellendeweis, International ArtCamp Tytsjerk. Onder de vlag van Under de Tour en De Reis van Keunstwurk werkten en woonden de kunstenaars twee weken in het Friese dorp. Daar maakten ze kunstwerken die aansluiten bij een bijzonder lokaal verhaal. Op zondagmiddag 5 augustus werd al hun harde werk beloond met een drukbezochte eindmanifestatie. Fertellendeweis, het thema van het project, is een samentrekking van het Friese fertelle en ûnderweis, en betekent zoveel als ‘al vertellende onderweg zijn’.
‘Vreemd’ bezoek uit Tiel
Het was 74 jaar geleden – sommige bewoners weten het nog goed – dat een grote groep evacués hun heil zocht in het dorp. In het najaar van 1944 ontvluchtten duizenden inwoners van Tiel noodgedwongen hun stad, die dan in de vuurlinie van de geallieerden is komen te liggen. 170 van hen werden opgevangen in de Protestantse kerk van Tytsjerk, waarna ze allemaal onderdak vonden bij bewoners van het dorp. In de prachtige making of-video van het ArtCamp vertelt een inwoner: “Ze praatten heel snel, we konden ze niet verstaan.” De vluchtelingen spraken natuurlijk geen Fries en waren bovendien Rooms, maar werden toch vriendelijk ontvangen in Tytsjerk. En daar bleven ze, veilig en wel, tot het eind van de oorlog.
Logeren in Tytsjerk
Driekwart eeuw later vieren en herdenken de samengebrachte kunstenaars dat bijzondere moment en ervaren zelf de gastvrijheid van het dorp. Het ArtCamp werd in het kader van LF2018 door geluidskunstenaar Reina Rodina van der Meer naar Tytsjerk gebracht, nadat ze vol inspiratie terugkwam van een ArtCamp in Servië. De Israëlische fotograaf Shiri Wilk, woonachtig in Leeuwarden, nam de artistieke leiding op zich. Hoewel het aanvankelijk nog een uitdaging bleek om genoeg gastgezinnen te vinden voor alle deelnemende kunstenaars, werden bewoners van Tytsjerk steeds enthousiaster toen het project meer vorm kreeg. Uiteindelijk openden elf gezinnen hun deuren voor de kunstenaars en droegen zelfs bij aan de kunstwerken. Niet alleen de bewoners van de oude dorpskern, ook de ‘Liwwadders’ uit de nieuwbouwwijk droegen hun steentje bij. Deze nieuwkomers, die zich soms nog weinig betrokken voelden bij het oude Tytsjerk, merkten dat ze zich meer Tytsjerker en minder buitenstaander voelden, juist door hun huis open te stellen voor andere buitenstaanders, de kunstenaars. Het ArtCamp sloeg zo niet alleen een brug tussen de bezoekende buitenlanders en de dorpsbewoners, maar ook tussen de bewoners onderling. De tolerantie naar elkaar en naar buiten toe is met het ArtCamp merkbaar gegroeid. Hoewel de grootste impact van het project gevoeld werd door de gastgezinnen, kunstenaars en andere betrokkenen, bleken ook andere bewoners van het dorp nieuwsgierig. Ze kwamen in groten getale naar de eindmanifestatie en zagen hun dorp van een nieuwe kant. Voor velen werd toen echt duidelijk wat zo’n ArtCamp inhoudt. De stap om bij een volgend project wél actief deel te nemen blijkt dan ineens een stuk kleiner geworden.
Symbool van vluchten
Elk van de deelnemende kunstenaars benadert het thema van de evacués op eigen wijze, vanuit zijn of haar eigen kunstdiscipline: dans, muziek, installatie en foto/video. In het prachtige Park Vijversburg, aan de rand van het dorp, hebben installatiekunstenaars alle ruimte om hun werk te presenteren. De Servische Andrijana Bugarić gebruikt vier dennenbomen als symbool voor de vluchtende familie. Twee ouders met twee kinderen; ze zijn hier letterlijk aan elkaar gebonden, met touw.
Bugarić versterkt de familiebanden, in oorlogstijd nóg belangrijker dan anders, met haar werk ‘Familiar pattern’. Ook zonder de referentie te kennen, zet de kunstenaar hier een krachtig visueel beeld neer. Even verderop staat een enorme, ronde rieten tafel, met daarop in een cirkelpatroon 170 borden, één voor elk van de 170 vluchtelingen. De kunstenaar, de Franse François Davin, ging elke avond langs de deuren om bewoners om borden te vragen. Zijn tafel symboliseert de twee dingen die de evacués in Tytsjerk ontvingen en die voor elke vluchteling van levensbelang zijn: eten en een (rietgedekt) dak boven hun hoofd.
Verleden en heden
Het is niet verwonderlijk dat verschillende kunstenaars in het verhaal uit de Tweede Wereldoorlog een link zien met de huidige situatie. Zo verbindt de Engelse Zuky Serper de lokale geschiedenis met het internationale heden door een kleine parade te organiseren, met een rijdende houten kerk annex boot. Hij ziet de kerk als een universele plek van bescherming, niet alleen hier in Tytsjerk, maar overal ter wereld. Voor vluchtelingen is er nóg een symbool van redding: de boot. Hoewel de reis per boot vol gevaren zit, brengt het hen wel naar de veiligheid.
Ook José Antonio García uit Venezuela trekt de vergelijking met de huidige vluchtelingenproblematiek, met zijn zogenaamde paperformance (een performance met krantenpapier). Het pad tussen de kerkbanken van de Protestantse kerk staat vol met 170 poppen van krantenpapier. Als een ware poppenspeler brengt de kunstenaar één van de poppen tot leven. García laat zien hoe de kerk vol kan staan met vluchtelingen, maar dat we er zelf nog makkelijk bij passen, als we een beetje moeite doen. Het thema gaat hem aan het hart. Venezuela is verzonken in een diepe crisis. Zonder voedsel en medicijnen besluiten veel bewoners te vluchten naar naastgelegen landen, op zoek naar een beter leven voor henzelf en hun kinderen.
Een klein gebaar
Deze persoonlijke insteek is ook te zien in het werk van de Israëlische Tami Barkai. Bezoekers ontvangen een kleine envelop, met een citaat en een polaroidfoto. Toen ze het verhaal van Tytsjerk hoorde, haalde ze daaruit hoe kleine gebaren, hulp op onverwachte momenten, een grote impact in moeilijke tijden kunnen hebben. Ze besloot die persoonlijke momenten te verzamelen en te delen met bezoekers. “I remember the monk who held both of my hands, and said with a voice full of love: ‘You are a good person; you can have a good life.’” Het is één van de herinneringen die bewoners, vrienden en andere kunstenaars aanleverden. De herinneringen en foto’s zijn ontdaan van namen en plaatsen, zo kunnen ze universeel door iedereen herkend en begrepen worden. Het is een klein gebaar, een onverwacht cadeautje, met een grote impact.
Intimiteit en verlangen
Er is op de eindpresentatie zoveel te doen, te zien en te beleven dat de middag zo om is. De orgelmuziek van de Braziliaanse Eduardo Praça in de betonnen stootblokken op straat heeft de potentie om uitgewerkt te worden tot een praktisch toepasbaar en rustgevend kunstwerk. De gefotografeerde objecten van de Nederlandse Natasja Knap zijn van een prachtige intimiteit. Als een verzamelaar vindt, documenteert en fotografeert zij de toevallig overgebleven geschiedenis van de kerk, in de vorm van botjes, scherven en steentjes. De liederen van de Franse Jean-François Roussel en de Servische Olivera Milojevic tijdens de parade van Zuky Serper verbinden het universele thema van de vluchteling met Milojevic’ emotionele verlangen naar haar thuisland, Kosovo, dat een ingewikkelde en gewelddadige geschiedenis achter de rug heeft. “Wie laat u binnen in uw huis?”, vraagt de eveneens Servische Nataša Milojevic met haar indrukwekkende dansspektakel tussen de kranten.
De kracht van de iepen mienskip
Met het project zijn er talloze nieuwe verhalen geschreven en oude verhalen opnieuw verteld. Deze verhalen worden nu door bewoners, vrijwilligers, gastgezinnen en kunstenaars meegenomen en weer doorverteld, in Tytsjerk en via-via over de hele wereld. Zo blijkt het thema Fertellendeweis ook ná het project verder te leven en zijn bescheiden stempel te drukken op hoe we praten en denken over het thema vluchten. Het ArtCamp is een goed voorbeeld van de kracht van de iepen mienskip, hoe we samen tot grootse dingen kunnen komen. Fertellendeweis is een groot succes gebleken, niet alleen door de kunstenaars die zich vol energie op een voor hen onbekend verhaal stortten, maar ook door de bewoners van Tytsjerk, die hun huizen openstelden voor een groep onbekenden. Net zoals ze dat 74 jaar geleden deden.