Elkaar groeten. Zo eenvoudig. En toch gebeurt dat niet genoeg in Mildam. Tsjallie Siebenga die zich samen met haar man in de jaren zeventig in dit dorp settelde, weet de reden wel. In de zeventiger jaren verdubbelde het aantal inwoners van Mildam zich in een paar jaar tijd. Het ging te snel. Het deed de sociale cohesie van het dorp geen goed. Mildam was uit balans.
,,Yn de santiger jierren waard Mildaam yn in pear jier tiid twa kear sa grut. Stapten der earst sa’n 350 ynwenners om, in pear jier letter wiene dat der hast 700. It gie te rap, it doarp koe dat net oan. De âlde bewenners waarden ûndersnijd.”
Plots liepen er allerlei mensen van verschillend pluimage rond. Aan een georganiseerde kennismaking werd niet gedaan. De ontwrichting van het dorp toendestijds laat bij de oudere garde nog altijd zijn sporen na. Onbewust. Door dat sobere groeten. Wat dat betreft kunnen de oudere bewoners leren van de huidige jonge garde die geen weet meer hebben van die destijdse onstuimige groei van het dorp.
De Mildammers, Bonteboksters en Katlijkers konden zich een paar weken geleden opgeven voor een fietstocht op Koningsdag. Deed je mee, dan mocht je een poster van PlusMienskip ophangen. Het was de eerste kennismaking met het project Plusmienskip, een initiatief van de dorpsbelangen van Mildam, Bontebok en Katlijk. Marcel Prins, kunstenaar uit Jubbega was door stichting Tijd, de beheerder van de ecokathedraal van Louis Guillaume Le Roy, naar voren geschoven. Hij zou het aangaan van verbindingen kunstzinnig kunnen vertalen.
Het verbindingsteken bij uitstek is de plus, bedacht de kunstenaar. Wat zou het mooi zijn om letterlijke plussen te zetten in het landschap of ideële plussen in het geestelijk kapitaal van de dorpen. Mildam had net het project Mildam op de kaart achter de rug, waarbij allerlei informatieborden waren geplaatst bij markante gebouwen uit dit dorp. Met die letterlijke plussen als verbindingstekens zou je de ‘kaart’ opnieuw kunnen markeren. Vooral als de dorpen aan het eind van het project met een drone in kaart worden gebracht. ,,Sa stiet der by it doarpshûs fan Bontebok al in plus mei bankjes der om hinne, Yn de ecokatedraal is in stoepke yn ‘e foarm fan in plus te finen en yn Ketlik in plus fan houtene beamstammen.” Plekken die uitnodigen te gaan zitten en te verbinden.” Ook hangt er inmiddels in Bontebok een plus van katoen boven de Compagnonsvaart. Heel zichtbaar dus. Net zo belangrijk: om zoiets tot stand te brengen moet er worden samengewerkt. Zichtbare plussen vormen het cement van dit project, maar ideële net zo goed.
Uiteindelijk gaat het niet om de plussen, maar om de vruchtbare samenwerking die de plussen in gang zetten.
Langzaam maar zeker verschijnen er nu in de dorpjes steeds meer plussen, variërend van een bloembed in de vorm van een plus, tot aangeharkt gras in de vorm van een plus. Verenigingen worden nu aangemoedigd de handen voor een plus ineen te slaan.
Lees meer informatie op de facebook-pagina.